Nazorg mensen met brandwonden moet beter

Jaarlijks worden zo’n 1200 mensen met zware brandwonden opgenomen in één van de zes brandwondencentra in België. De weg naar herstel is bijzonder lastig en duurt vaak een hele tijd, gemiddeld anderhalf jaar bij volwassenen tot twee jaar bij kinderen. De laatste jaren kende de medische evolutie een enorme toevlucht waarbij de levensverwachting van mensen met zeer zware brandwonden toenam. Hierbij verschoof de focus van ‘overleven’ naar ‘leven met brandwonden’.

Door de toegenomen levensverwachting van mensen met ernstige brandwonden is er gaandeweg ook meer aandacht gekomen – en nodig – voor de kwaliteit van leven. Mensen met brandwonden zijn namelijk vaak gedeeltelijk of helemaal niet meer in staat om hun leven van vóór het oplopen van hun brandwonden, weer op te nemen. Soms moet dan gezocht worden naar aangepast werk, of in het slechtste geval wordt men volledig werkonbekwaam. Op dat moment is het belangrijk dat zij erkenning vinden in hun problematiek, door hun onmiddellijke omgeving (partner, familie, vrienden), maar eveneens door de overheid (onder de vorm van terugbetaling voor specifieke littekenbehandelingen, psychologische begeleiding,…).

Nood aan professionele nazorg
De acute opvang van mensen met brandwonden is doorgaans goed geregeld. Eens zij ontslagen worden uit het ziekenhuis vallen mensen met brandwonden echter vaak in een ‘zwart gat’. Ondanks alle verbeteringen van de laatste jaren, ook op het vlak van de nazorg, verloopt de opvolging van deze patiënten nog al te vaak ondermaats, hoewel de behoefte aan nauwe opvolging groot is. Patiënten vinden echter nog altijd te weinig de weg naar de professionele hulpverlening.

Meer middelen vereist
Mensen met brandwonden, en kinderen in het bijzonder, hebben nood aan degelijke en betrouwbare informatie, specifieke nazorg, psychologische ondersteuning en begeleiding op maat. Het uitwisselen van ervaringen via lotgenotencontact is onontbeerlijk in de verwerking van trauma’s als brandwonden en het aanvaarden van hun littekens. Erkenning en financiële ondersteuning door de overheid aan organisaties en verenigingen die deze vorm van professionele begeleiding en ondersteuning aanbieden is dan ook noodzakelijk. Daarnaast zijn ook meer middelen nodig voor het opzetten van gerichte programma’s om een vlotte reïntegratie naar school, werk en maatschappij mogelijk te maken. Tenslotte dient ook werk gemaakt te worden van een uniform registratiesysteem dat zowel gegevens over de ernst van de brandwonden als een zorgpad in kaart kan brengen om de opvolging van brandwondenslachtoffers te verzekeren.

Oscare viert feest
Oscare viert dit jaar haar 10-jarig bestaan met een symposium ‘Uitdagingen in de nazorg van brandwonden’ op 29 april in het Provinciehuis te Antwerpen. In een boeiend namiddag programma, dat ingeleid wordt door gouverneur Cathy Berx en OCMW-voorzitter Monica Deconinck, worden de deelnemers meegenomen in de wondere wereld van de nazorg van brandwonden en wordt afgesloten met een boeiend debat met vertegenwoordigers uit de brandwondenwereld, verzekeringswereld en ziekteverzekering.

Over de geschiedenis van Oscare

Het centrum werd in 2001 opgericht onder de naam ‘Het Greet Rouffaer Huis’ door initiatiefnemers Dr. Peeters en actrice Greet Rouffaer. In 2008 nam Greet Rouffaer afscheid van het huis om ‘een periode in haar leven af te sluiten’ en veranderde het huis van naam in Oscare, nazorg- en onderzoekscentrum voor brandwonden en littekens. Sindsdien werden er ondermeer een opleidingsinstituut ‘Scar Academy’ opgericht, wetenschappelijke studies opgezet naar effecten van innovatieve littekenbehandelingen en preventiecampagnes gelanceerd.

Een reactie achterlaten

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.